Mensen die niet kunnen zingen, maar het toch doen.
Ze weten dat het nergens op lijkt, maar het kan ze kennelijk niet schelen. Iets is sterker dan zijzelf. Niet dat het erg is of zo…. onder de douche. Maar het wordt, vind ik tenminste, heel vervelend als ze er anderen mee lastig gaan vallen. Maakt mij eigenlijk niet uit of dat in intieme kring plaats moet vinden of dat daar een podium voor wordt uitgekozen. Het punt is dat je moet vluchten. Vluchten voor een vrolijke collega of vluchten voor een deelnemer aan een zangwedstrijd op t.v.; het maakt eigenlijk geen verschil. Het zou niet nodig moeten zijn.
Als er dan uit spontaniteit zoveel vals wordt geblèrd, dan zal men dat wel leuk vinden. Althans, dat lijkt nu de gedachtegang van de reclamemaker te zijn. Niet eerlijk. Er zijn namelijk ook mensen die wél over een redelijk muzikaal gehoor beschikken. Houd daar eens rekening mee. Iedere andere minderheid wordt in dit land behandeld alsof ze van het meest delicate porselein zijn gemaakt. Waarom is er dan geen clementie voor de muzikale medelander?
Maar nee, de reclameman gaat meedogenloos te werk. In mijn vorige blog repte ik al over de Toyota commercial met waarin overenthousiaste automobilisten en hun passagiers het werk van Bruno Mars nodeloos geweld aandoen. Een marketeer wil mensen mee krijgen. Hij schopt niet opzettelijk om zich heen. Hij onderbouwt zijn acties wetenschappelijk. En daarna trekt hij parallellen. Je bent vrolijk, dus je zingt. Je bent blij, want je zit in een Toyota Yaris.
Hieruit mag je dus concluderen dat hij denkt dat wij dit leuk vinden: onvoorwaardelijk jezelf uitten in iets wat je volslagen niet beheerst. Je kunt niet zingen? Gewoon doen. Zo hard en lelijk mogelijk. Je kunt totaal niet autorijden, dus zit je in een Yaris.
Van het internet gebruik bij UPC word je al net zo jolig. Johnny de Mol springt van puur opwinding door de ruit. Niet zo erg. In het verhaal is het zijn eigen ruit. Maar daarna begint hij te zingen. Don’t Stop Me Now. Het was een venster op de begane grond, dus Johnny gaat gewoon door. Anderen zijn ook niet meer te stuiten en helpen met hem het nummer van Queen om zeep. Mijn oprechte deelneming gaat uit naar de nabestaanden van Freddie Mercury, die bij leven zijn lange voortanden zou hebben bloot gelachen om de briljante afsluiter van deze commercial. Als je de dood zou kunnen verruilen voor het leven vind je alles leuk. Een verveelde beveiliger zit op de iPad van zijn collega mee te kijken naar een huppelende Johnny de Mol:
“Ik wist helemaal niet dat dat nummer van hem was, joh.”
Related posts
Leave Comment